Een levensgenieter op de Beulakerwijde
“Zo, jij gaat er vaak op uit. Een echte levensgenieter.” We zitten met een klein gezelschap – zakelijk, maar informeel – in een sloep op de Beulakerwijde. Op een dag met het heerlijkste zomerweer glijden we kalm door het water en langs het riet. De opmerking slaat op mijn updates op Facebook. Vaak gepaard met een vrolijke fotocollage, je kent ze inmiddels. “Het is maar buitenkant”, sputter ik tegen. Een levensgenieter, ik? Ik zie mezelf meer als een vermoeide tobber en bezorgde piekeraar. Zeker sinds ik mantelzorger ben.
Zorgeloos
Dat ik dol ben op uitjes klopt. Ik ben een van de weinige Nederlanders bij wie De Kampioen niet rechtstreeks bij het oud papier belandt. Een dag naar een museum, een weekend weg, een week, een zomervakantie of langere reis. Jarenlang vond ik het de normaalste zaak van de wereld. Een stedentrip Boedapest of Venetië (als M. een congres had liftte ik graag mee), wandelen op een Canarisch Eiland, een rondreis in Peru, een zomervakantie in het wonderschone Ierse Connemara, een weekje nazomeren op Cyprus (weer een congres!). Heel lux, heel elitair, en in mijn herinnering vooral: zorgeloos.
Cynisme
Tot ik mantelzorger werd, en na een aantal jaren geen kant meer op kon. Wat vond ik dat moeilijk. Ik voelde me zó onvrij en opgesloten. In mijn beleving kon ik nauwelijks weg, hooguit een paar uurtjes naar Wassenaar. En niks ten kwade van de Wassenaarse Slag, maar wat verlangde ik terug naar een ongebonden leven! Met kleine stapjes is het me gelukt weer wat vrijheid terug te pakken. Gelukkig maar, want van verongelijktheid en cynisme wordt een mens er niet leuker op. Meer dan ooit geniet ik ervan even weg te zijn. Omdat ik me er meer van bewust ben dat een vakantie of een zorgeloos weekend weg niet vanzelfsprekend zijn.
Krakau
Zo genoot ik het afgelopen half jaar van een solotrip naar de Poolse stad Krakau (verrassend mooi en heus hip, vooral heengaan!), een zzp-werkvakantie op Vlieland met geliefde F. (’s ochtends werken, ’s middags op stap, inclusief Dokter-Deenroute voor ons trouwe kijkers!), van wilde grazers op het Eiland van Brienenoord en grote hoofden in het Nederlands Fotomuseum tijdens het tweemaandelijkse Rotterdamuitje, een concertreisje naar de Bourgogne en – minder zorgeloos, maar zeker het vermelden waard – een mini-vakantie met M. in een natuurhuisje in het Groene Hart met de prachtigste zonsondergangen.
Het lijkt wel waar. Ik begin weer een levensgenieter te worden.
We zijn blij met dit verhaal, Anje. Het is ook heel goed geschreven!